Ruwvoer do's and don'ts
Do’s
- Geef je paard minimaal 1,5% van het lichaamsgewicht aan drogestof uit ruwvoer: voor een volwassen warmbloedpaard van 600 kg komt dit neer op 10 kilo hooi of ruim 13 kilo voordroogkuil
- Test altijd de kwaliteit van je ruwvoer, zodat je weet wat je paard eet
- Zet je paard het liefst op stro zodat je paard de hele dag kan knabbelen
- Gebruik een slowfeeder of hooinet, zodat je paard de hele dag kleine beetjes kan eten
- Voer op regelmatige tijden
- Verdeel de porties ruwvoer over drie, maar nog beter vier keer per dag
- Geef altijd eerst ruwvoer en pas later (30 min) krachtvoer
- Zorg altijd voor voldoende vers water
Don’ts
- Doe nooit consessies op de kwaliteit van je ruwvoer: voer géén schimmelig of stoffig hooi
- Voer Pavo SpeediBeet en FibreBeet nooit zonder te weken
- Week ruwvoer nooit langer dan 6 uur, aangezien je essentiële voedingsstoffen verliest
- Geef paarden met luchtwegproblemen geen ruwvoer uit een hooinet of ruif, maar altijd vanaf de grond
- Voorkom dat je paard teveel zand opneemt door rubberen matten onder je ruwvoer te leggen, bijvoorbeeld in de paddock
- Ontneem paarden met een slecht gebit nooit al het hooi; zij halen plezier uit het kauwen!
Geef altijd eerst ruwvoer en een half uur later pas krachtvoer